In wedstrijden worden, naar een idee van de Nederlandse judoka Anton Geesink, ook wel een blauw en een wit judopak gebruikt, zodat de scheidsrechter tijdens het gevecht beter kan zien welk lichaamsdeel bij welke sporter hoort. Bovendien is het op film en televisie allemaal veel duidelijker. Bij kleine wedstrijden en wedstrijden in Japan worden een rode en een witte band gebruikt. De sport wordt over de gehele wereld beoefend door jonge en oude judoka's en maakt deel uit van het olympisch programma. De meeste judoka's nemen nooit deel aan officiële wedstrijden, en maken alleen onderlinge wedstrijden tijdens de trainingen. Gehandicapte sporters (G-Judoka's) zijn geïntegreerd, maar hebben hun eigen wedstrijdkalender.

De pedagogische waarde van het recreatieve judo is aangetoond. Ook voor mensen met beperkingen kan judo van waarde zijn. Een positief effect is aangetoond voor (met name kinderen met) autisme en ADHD.

Judo wordt beoefend op een mat, tatami geheten, die enigszins meegeeft, zodat zelfs als men er krachtig op geworpen wordt, men meestal geen letsel oploopt. De techniek van het 'breken' (verzachten) van de val, van zowel het eigen lichaam als dat van de tegenstander, is een belangrijk onderdeel van judo.

De matdelen, die samen het wedstrijdvlak vormen, moeten zonder tussenruimte tegen elkaar worden gelegd, een effen bovenvlak bezitten en zodanig zijn aangebracht dat verschuiven niet mogelijk is. De matten worden gemaakt van geperst stro of, meer voorkomend, van geperst schuim. Een judowedstrijd vindt plaats op een oppervlakte van minimaal 14 bij 14 meter en maximaal 16 bij 16 meter, waarbij de wedstrijdmat minimaal 8 bij 8 en ten hoogste 10 bij 10 meter groot mag zijn. De ruimte buiten het wedstrijdvierkant vormt voor de judoka’s een uitwijkmogelijkheid, omdat de partij dikwijls op een podium wordt gehouden.

Een wedstrijd wordt geleid door een hoofdscheidsrechter (staand op de mat) en twee hulpscheidsrechters (op een stoel op de tegenover elkaar liggende hoekpunten van de mat). Ook zijn aanwezig: een tafeljury van twee tot drie personen, een scheidsrechterscommissie en een hoofdjury. Verder zijn bij de wedstrijd aanwezig: EHBO, coaches en de algemene organisatie.

Wedstrijdcategorieën in het judo

Judoka's worden bij wedstrijden naar leeftijd en gewicht ingedeeld. De indeling naar leeftijd kent de volgende categorieën. 

Leeftijdscategorieën jongens/heren
-8 jaar-18 kg-21 kg-24 kg-27 kg-30 kg-34 kg-38 kg+38 kg 
-10 jaar-21 kg-24 kg-27 kg-30 kg-34 kg-38 kg-42 kg+42 kg 
-12 jaar-24 kg-27 kg-30 kg-34 kg-38 kg-42 kg-46 kg-50 kg+50 kg
-15 jaar-34 kg-38 kg-42 kg-46 kg-50 kg-55 kg-60 kg-66 kg+66 kg
-18 jaar-46 kg-50 kg-55 kg-60 kg-66 kg-73 kg-81 kg-90kg+90 kg
-21 jaar-55 kg-60 kg-66 kg-73 kg-81 kg-90kg-100 kg+100 kg 
Senioren-60 kg-66 kg-73 kg-81 kg-90kg-100 kg+100 kg  

 

Leeftijdscategorieën meisjes/dames
-8 jaar-18 kg-20 kg-22 kg-25 kg-28 kg-32 kg-36 kg+36 kg 
-10 jaar-20 kg-22 kg-25 kg-28 kg-32 kg-36 kg-40 kg+40 kg 
-12 jaar-22 kg-25 kg-28 kg-32 kg-36 kg-40 kg-44 kg-48 kg+48 kg
-15 jaar-32 kg-36 kg-40 kg-44 kg-48 kg-52 kg-57 kg-63 kg+63 kg
-18 jaar-40 kg-44 kg-48 kg-52 kg-57 kg-63 kg-66 kg-70 kg+70 kg
-21 jaar-44 kg-48 kg-52 kg-57 kg-63 kg-66 kg-70 kg-78 kg+78 kg
Senioren-48 kg-52 kg-57 kg-63 kg-70 kg-78 kg+78 kg  

De categorie bevat de judoka's die op 31 december van het jaar waarin de wedstrijd plaatsvindt nog geen 8, 10, 12, 15, 18 of 21 jaar oud zal zijn. De categorie '15-' of U15 bevat de judoka's die op 31 december van het jaar waarin de wedstrijd plaatsvindt nog geen 15 jaar oud zal zijn. Bovenstaande betekent dus dat wanneer een elfjarige judoka op 1 januari aan een toernooi mee wil doen en hij op 30 december 12 jaar oud wordt, deze dan mee moet doen in de 15- categorie.

Wedstrijdduur

Wedstrijdduur per categorie
LeeftijdscategorieWedstrijdduur
-8 t/m -12 jaar2 minuten
-15 jaar3 minuten
-18 jaar en ouder4 minuten

Wedstrijdtijd en start-stop commando's van de scheidsrechter

Met het commando hajime (begin) wordt het begin van de wedstrijd aangegeven. Een wedstrijd kan alleen worden onderbroken door een stopcommando van de scheidsrechter. Deze stopcommando's zijn mate (wacht) en sono-mama (niet bewegen). Na het commando mate nemen de judoka's hun startpositie in en start de tijd weer met het commando hajime. Na het commando sono-mama wordt het commando yosh gebruikt om de wedstrijd op te starten. Na dit stopcommando nemen de judoka's de positie in die ze hadden op het moment dat de scheidsrechter het commando gaf. In de meeste gevallen zal dit een houdgreep zijn. Sono-mama wordt gebruikt door de scheidsrechter als een wedstrijd kort even stilgelegd moet worden. De scheidsrechter kan dan een ordemaatregel uitvoeren.

Als een judoka succesvol technieken uitvoert, kan deze punten verdienen. Deze punten zijn ippon en waza-ari. Als technieken niet succesvol uitgevoerd worden, of houdgrepen korter dan 10 seconden duren, worden er geen punten aan gegeven. Deze handelingen worden echter wel onthouden, mocht het spel eindigen met een gelijke score. Deze handelingen kunnen dan de uiteindelijke doorslag geven. Waza-ari betekent 'er is techniek' en heeft een waarde van 7. Ippon betekent 'een heel punt' en heeft een waarde van 10.

Straffen

De scheidsrechter kan ook straffen uitdelen tijdens een wedstrijd. Het judo kant twee soorten straffen:

Shido: Deze krijg je bij kleine vergrijpen zoals: technieken die volgens het reglement verboden zijn (zie kopje reglementen), pakking afhouden, zonder techniek naar de grond gaan, passief judo, bij de broekpakken, te ver om de nek pakken (alleen bij jeugd), haardracht niet in orde, meer dan éénmaal de band ontknopen om het pak goed te doen, buiten de gevechtsmat lopen, buiten de gevechtsmat duwen.

Een bijzondere regel is de volgende: wanneer de judoka die geworden is zijn beide armen uitsteekt om een val op zij of rug te voorkomen, krijgt de judoka die werpt een Waza-Ari en de judoka die valt een shido. Drie shido’s leveren een diskwalificatie op.

Hansoku-Make: Dit betekent diskwalificatie. Je verliest hierdoor met Ippon de wedstrijd en je kan afhankelijk van het vergrijp uit het toernooi gezet worden.

Diskwalificatie krijg door: drie shido’s, trappen, slaan, schelden alle andere zaken die tegen de geest van het judo zijn, diving (tijdens de val met je hoofd in de mat duiken)

Een diskwalificatie die je krijgt door drie shido’s of door het in gevaar brengen van je eigen gezondheid leveren alleen directe verlies van de wedstrijd op.

Een diskwalificatie die je krijgt door het in gevaar brengen van de gezondheid of discrimineren van een ander leveren directe verlies van de partij en uitsluiting van het toernooi op.

Gelijkspel

Het komt voor dat na het einde van de wedstrijd niks gescoord is. Afhankelijk van de leeftijd van de judoka’s kan de scheidsrechter de winnaar beslissen:

Jeugd (-8, -10 en -12 jaar): bij de jeugd kan er gewonnen worden op straffen, diegene met de minste straffen wint. Wanneer er geen straffen gegeven zijn en er één scheidsrechter op de mat staat, bepaalt hij zelf de winnaar door deze aan te wijzen. Hij bepaalt dat op grond van welke judoka het meest actief gejudood heeft en misschien bijna een score gescoord heeft. Een houdgreep die geen score heeft opgeleverd, telt in deze beslissing ook mee. Wanneer er drie scheidsrechters op de mat staan, geschied de beslissing via “Hantei”. Elke scheidsrechter neemt een rode/blauwe vlag en een witte vlag in de hand. Elke kleur vlag houd hij aan precies dezelfde kant van de kleur van de judoka. De hoofdscheidsrechter roept dan “Hantei” en alle scheidsrechters steken gelijk één van de twee vlaggen op. De judoka die op deze wijze de meeste stemmen krijgt, wint de wedstrijd. Ook hier is positief judo belangrijk.

-15 jaar en ouder: bij gelijkspel volgt er een golden score. Het aantal shido’s die gegeven zijn, hebben hierop geen invloed. de eerste score die tijdens een golden score gemaakt wordt. Is meteen de winnende en betekent het einde van de wedstrijd. De golden score gaat net zolang door, totdat er een score gemaakt is.

EHBO

EHBO mag bij jeugdwedstrijden altijd de mat op.

Bij seniorenwedstrijden (15- en ouder) mag EHBO niet zonder consequentie zelf de mat betreden. Wanneer de EHBO zonder daartoe te zijn uitgenodigd door de scheidsrechter de mat betreedt, verliest de judoka waarvoor de EHBO de mat betrad de wedstrijd. De scheidsrechter kan de EHBO verzoeken de mat te betreden voor:
verwondingen aan hoofd, rug en nek;
verwondingen aan het scrotum;
gescheurde nagels;
bloed, waarbij tot tweemaal toe voor dezelfde wond de EHBO mag verbinden. Bloedt de wond een derde maal dan heeft de judoka de wedstrijd verloren.

Voor andere redenen dan bovenstaande mag een scheidsrechter niet de EHBO de mat op vragen. Judoka's en coaches kunnen ook zelf de EHBO verzoeken om de mat te betreden, gevolg is dan wel dat de judoka automatisch de wedstrijd heeft verloren.

/sites/default/files/styles/ba/public/2023-11/DSC_9920.jpg?h=41b53b54&itok=C08k7Yt6